Capucijnenklooster. Tekening Ph.van Gulpen ca.1840. | RCHL THA
Collectie LGOG, album Van Gulpen 2
brandde men pektonnen en vuren om de besmette
buiten de kerkhoven rondom de parochiekerken.
lucht te verdrijven. Bed, beddengoed en kleren van
Om de ontbinding te versnellen en de ’bedorven
overledenen verbrandde men de nacht na het
lucht’ te zuiveren dekte men ze toe met ongebluste
overlijden en huisdieren moesten hun
kalk. Zulke massagraven zijn in de stad gevonden in
aanwezigheid met de dood bekopen, waarna de
de grote stadstuin van de paters kapucijnen tussen
kadavers in de Maas gegooid werden. Vervolgens
de Bogaarden- en de Capucijnenstraat en die van de
ontsmette men het huis van de nok tot de kelder.
zusters van Sint-Andries op de Maagdendries.
Een huis waarin een lijder aan de ziekte was
Veel epidemische ziekten, of het nu echt
gestorven, moest zes weken gesloten blijven.
de pest betrof of ziekten als dysenterie, cholera,
Al deze maatregelen konden de ver-
tyfus en kinkhoest, konden onder de naam ‘pest’
spreiding van de ziekte echter niet onderdrukken.
geschaard worden. Gebrek aan kennis was daarvan
Machteloos moest het stadsbestuur toezien hoe
de voornaamste oorzaak. De reactie op al die
honderden burgers bij zo’n epidemie het leven
besmettelijke ziekten was lange tijd echter gelijk:
lieten. De slachtoffers werden snel in doeken
de patiënt diende zo snel mogelijk geïsoleerd te
gewikkeld ter aarde besteld, vaak in massagraven
worden. Voor de opvang van al die uitgestotenen