Van godshuis naar academisch ziekenhuis | Page 147

Links: Verpleegzaal Ziekenhuis Calvariënberg rond 1900. | RHCL, GAM F14958 Links onder: Stethoscoop van Laennec 1819. | Archief NIV Rechts: Titelpagina van het boek van René Théophile Hyacinthe Laennec (1781-1826) waarin hij in 1819 de uitvinding en de klinische toepassing van de stethoscoop beschreef. | Archief NIV 145 Alle bovengenoemde ontwikkelingen hadden een positieve invloed op de genezingskansen van de individuele patiënt. Ziekte- en sterftecijfers, voor zover beschikbaar, werden er echter amper door beïnvloed. De Engelse jurist en journalist Edwin Chadwick (1800-1890) kwam als een der eersten met de gedachte dat woonomstandigheden, hygiëne en sanitaire voorzieningen van veel groter belang waren. Na veel kritiek en ongeloof werd deze gedachte wereldwijd overgenomen, ook door Nederlandse artsen en met name door hen die in de sloppenwijken van de grote steden werkten. Zij zagen immers de ellendige woon- en werkomstandigheden onder de armen en beseften dat de slechte openbare hygiëne op een of andere wijze aan ziekte en sterfte moest bijdragen. De choleraepidemieën van die tijd hebben dit inzicht versterkt. Men leefde echter nog in de veronderstelling dat uitdamping van rottende stoffen de oorzaak was van veel ziekten. Bacteriën waren nog niet bekend. Deze medici, hygiënisten genoemd, hebben