Introductie door de leerkracht
Tijdens dit kringgesprek vraagt de leerkracht: (1) Wat zijn grassen? De meest voorkomende
plant op de wereld. Ze groeien overal ter wereld, zelfs op Antarctica. Ze hebben een holle,
ronde stengel, lange smalle bladeren en de onopvallende bloempjes vormen een aar, tros
of pluim. (2) Bekijk de meegenomen grassoorten eens goed. Welke overeenkomsten en
verschillen zien jullie? (3) Hoeveel soorten zijn er? De plantenfamilie van de grassen bevat
ruim 10.000 soorten. Ook alle graansoorten behoren tot de grassen. (4) Waarvoor gebruiken
we gras? Ze vormen bijvoorbeeld de basis van ons voedsel. Grazers eten stengel en blad. Wij
eten bijvoorbeeld rijst of graan voor brood. (5) Welke toepassingen van gras kennen jullie nog
meer? Hierover gaat ook de volgende opdracht.
15 + 30
KRINGGESPREK
+
VERWERKINGSOPDRACHT
Kortom er bestaan veel
soorten gras, en gras heeft veel
verschillende praktische en
nuttige toepassingen voor ons
mensen. Na gebruik van gras
(ook in producten) worden deze
natuurlijke grondstoffen weer
opgenomen in de kringloop.
Biobased lessenset
meer waarde uit planten
8