Marine Magazine Jaargang 2, februari 2017 | Page 27

TEKST ROBIN MIDDEL

In de digitale ‘ Alle Hens ’ van eind december 2016 sprak de vlootvoogd zijn zorgen uit over de staat van de huidige marinevloot . In de landen om ons heen zijn grote vervangingsprogramma ’ s ingezet , terwijl we hier nog aan het begin van het politieke proces staan . Dat gesprek gaan we in dit Marine Magazine niet overdoen . Interessanter is het om te kijken naar het operationele nut en de noodzaak van een moderne marinevloot .

“ Was het tot voor kort vooral Amerika dat het wereldtoneel domineerde , dan is daarin de laatste jaren rap verandering gekomen ,” stelt Verkerk . “ Met claims in de Zuid-Chinese Zee ( grondstoffen !) en versterking van haar machtsbasis in de Indische Oceaan ( waar 2 / 3 van de wereldhandel doorheen gaat ) is China een niet meer weg te denken machtsfactor , gefocust op het veiligstellen van haar maritieme aan- en afvoerroutes om economische groei op gang te houden en daarmee de Chinese bevolking perspectief te bieden en binnenlandse onrust te voorkomen ,” legt hij uit . “ De vraag is of dat in geval van schaarste , die onvermijdelijk is gelet op de groei van de wereldbevolking en het letterlijk en figuurlijk opdrogen van natuurlijke hulpbronnen , altijd in goed overleg zal gaan .”
Op de vraag hoe hij tegen Rusland aankijkt , is de vlootvoogd de mening toegedaan dat Rusland zich om soortgelijke redenen graag als supermacht wil manifesteren en aanstuurt op een verdeeld Europa , dat gepolariseerd is met de VS , en daarmee op een verzwakte NAVO . “ In een gefragmenteerde wereld ( alles tegen iedereen ) kan het zich namelijk beter handhaven dan in een multipolaire wereld met sterke militaire en economische tegen standers . De onrust in het Middenen Nabije Oosten alsmede in Noord-Afrika , met als gevolg een golf van terrorisme en onbeheerste migratiestromen , destabiliseert Europa hetgeen aansluit bij een ‘ verdeel-en-heers-politiek ’. In het conflict in Syrië is de rol van Rusland doorslaggevend geweest , waarbij de vrije zee is gebruikt voor show of force en het voortzettingsvermogen op het land en in de lucht . Zowel China als Rusland investeren daarom in hun zeestrijdkrachten ( vooral onderzeeboten ) en geleidewapentechnologie om op die manier hun oppervlaktevloot freedom of movement te geven en de tegenstander het gebruik van de vrije zee te kunnen ontzeggen , bijvoorbeeld om versterkingen aan te voeren . Daarnaast is het land mede vanwege haar staatsbestel superieur in information warfare . Dat zal in de toekomst – en eigenlijk nu al – een niet te onderschatten force multiplier zijn , die past bij het creëren van een diffuse , verdeelde wereld .”
Volgens de Commandant Zeestrijdkrachten vragen deze ontwikkelingen om een goed toegeruste Nederlandse krijgsmacht dat naar rato van het Bruto Binne nlands Product ( BBP ) evenredig bijdraagt aan de defensie-inspanningen in NAVO-verband . “ Gelet op ons verdienmodel als zevende importland en vijfde exportland ter wereld , hoort daarbij een moderne marine met voldoende slagkracht . Onze potentiële tegenstanders geloven namelijk niet in een ‘ win-win ’ maar gaan eerder uit van een zero sum .”
Hij vervolgt : “ Waar jarenlang de focus lag op handhaving van de internationale rechtsorde , zie je daarom weer een accentverschuiving naar onze primaire hoofdtaak : de verdediging van ons eigen- en bondgenootschappelijk territoir . Overigens kun je jezelf in een geglobaliseerde wereld , waar alles met iedereen verbonden is , niet alleen daartoe beperken – we zullen voorbij de grenzen van Europa moeten kijken . Deze accentverschuiving naar de primaire hoofdtaak leidt tot hernieuwde aandacht voor het hoogste geweldsspectrum en onderstreept het belang van een sterke vloot met onder andere voldoende , goed bewapende combattanten zoals fregatten en onderzeeboten .”
“ Waar jarenlang de focus lag op handhaving van de internationale rechtsorde , zie je weer een accentverschuiving naar onze primaire hoofdtaak .”
Op de vraag hoe hij dit dan voor zich ziet , wil Verkerk niet vooruitlopen op de uitkomsten van de discussies die thans plaatsvinden in het kader van de ‘ doorontwikkeling van de krijgsmacht ’ ( DOKM ) onder leiding van de Commandant der Strijdkrachten ( CDS ). Wel wil hij kwijt dat vervanging en uitbreiding van de vloot zo efficiënt mogelijk moet gebeuren met niet alleen oog voor de investeringen maar ook voor de exploitatie . “ De relatief kleine series – soms enkelingen – waarmee we nu zijn toegerust , kosten veel inspanning op het gebied van opleiding en instandhouding . Daarom ben ik voor schaalvergroting , bijvoorbeeld door standaardisatie en internationale militaire én industriële samenwerking , om op die manier de kosten te kunnen drukken . Op dit punt vind ik de samenwerking met België een schoolvoorbeeld van hoe het moet . Ik hoop dat we bij de komende vervangingsprojecten ( fregatten , onderzeeboten en mijnenjagers ) ook andere landen , zoals Duitsland en Noorwegen , daarvoor kunnen interesseren . Overigens vloeit van de kosten die verbonden zijn aan nieuwbouwprojecten voor de Koninklijke Marine , aantoonbaar meer dan driekwart terug in de Nederlandse economie .”
Om gedurende de lange levensduur van een schip of onderzeeboot ( zo ’ n 30 jaar ) te kunnen innoveren en een voorsprong te houden op potentiële tegenstanders , is het volgens de generaal nodig onderscheid te maken tussen kort- en lang-cyclische vervanging . “ Daarmee bedoel ik dat in het ontwerp én de financiële kaders (!) rekening moet worden gehouden met tijdige vervanging van systemen , bijvoorbeeld iedere vijf tot tien jaar , zonder dat dit tot vervanging of ingrijpende wijziging van het gehele platform hoeft te leiden . De vloot van de toekomst zal hierdoor minder kwetsbaar zijn voor veroudering en blijvend kunnen voldoen aan het technologische niveau dat past bij het actuele dreigingsbeeld in de wereld . Ik sluit graag aan bij de woorden van voormalig president van de VS Theodore Roosevelt : “ A good Navy is not a provocation to war . It ’ s the surest guarantee of peace !”
MARINE MAGAZINE 27