MAASTRO clinic | een eeuw radiotherapie in Limburg | Page 132

Het interactieve planningsproces kan uiteindelijk worden beschouwd als de virtuele uitvoering van de bestraling op een computersysteem. Voor het doelgebied en de risico-organen berekende dit systeem Dosis Volume Histogrammen (DVH’s), een grafische presentatie van de dosisverdeling in het betreffende volume. In de praktijk bleken deze histogrammen een goede voorspellende waarde te hebben voor de uitkomst van de behandeling. De simulator werd hierdoor vrijwel overbodig en de installatie van een eigen CT-scanner noodzakelijk. Lange tijd werd gebruik gemaakt van de CTapparatuur van de afdelingen radiologie van de diverse ziekenhuizen. Deze waren hiertoe uitgerust met laser-instelsystemen ten behoeve van de bestralingsplanning. Pas in 2003 werd in Heerlen een eigen CT-scanner in gebruik genomen. Deze ontwikkeling kan men beschouwen als de overgang zorgt voor het gecontroleerd transport en de naar een echte 3D-behandelingstechniek, waarbij verblijftijd van het radioactief materiaal in de er zo precies mogelijk binnen de contouren van applicator. De verschillende posities van de het doelvolume bestraald wordt. De verfijning van radioactieve bron en de duur van de verblijftijd de behandeling zou zich in de periode na 2000 bepalen de uiteindelijke dosisverdeling in en rond de voortzetten. tumor. Speciale brachyplanningssystemen berekenen vooraf deze posities en verblijftijden en visualiseren Brachytherapie is de verzamelnaam voor een geheel de gewenste dosisverdeling, die geprojecteerd wordt ander type radiotherapie. Brachy is ontleend aan het over de CT-beelden. Griekse woord Braxus en betekent op korte afstand, Onder beheer van het RTIL zijn twee speciale dichtbij. Het gaat om een behandeltechniek, waarbij behandelkamers met deze brachytherapiesystemen men radioactief materiaal tijdelijk in de patiënt, bij ingericht op afdeling 5-west van het Atrium MC voorkeur in de tumor, aanbrengt. Om redenen van in Heerlen. Bij binnenkomst van personeel in deze stralingshygiëne werd het gebruikelijke isotoop kamers verplaatst het radioactief materiaal zich radium-226 vervangen door cesium-137 en later door automatisch weer naar de afschermende kluis, iridium-192. In 1975 verliepen het inbrengen en de zodat er geen stralingsbelasting voor hen optreedt. tijdscontrole nog handmatig. Kwaliteitsverbetering Dit maakt optimale verzorging van de patiënten en meer stralingshygiëne werden rond 1980 in gang mogelijk. Mede door de vroege introductie door gezet door de ontwikkeling van ‘after-loading’- het RTIL, neemt opvolger MAASTRO clinic nationaal systemen. Hierbij wordt eerst een (lege) applicator gezien in de brachytherapie nog steeds een in de patiënt aangebracht. Via katheters staat deze vooraanstaande positie in. applicator in verbinding met een kluis, waarin zich het 130 radioactief materiaal bevindt. Een computersysteem