5. Er is een nieuw meisje bij jou op school. Je ontdekt dat
je veel met haar gemeen hebt en raakt meteen
bevriend, maar je beste vriend blijkt haar niet te mogen.
Wat doe je?
A. Ik vertel mijn beste vriend dat hij/zij niet zo onredelijk
moet zijn en waarschuw mijn nieuwe vriend dat mijn
beste vriend haar niet mag.
B. Ik rol met mijn ogen en forceer de vrienden om tijd met
elkaar door te brengen. Ik kies geen kant.
C. Ik trek me helemaal terug van de situatie. Misschien
worden ze vrienden als ik niet tussen hen in sta.
D. Ik ga met ze allebei individueel om en het maakt me
niet uit wat ze van elkaar vinden. Ze hoeven geen
vrienden met elkaar te zijn om vrienden met mij te zijn.
E. Ik ga niet meer om met het nieuwe meisje. Mijn
vriendschap met mijn beste vriend(in) is veel sterker en
zal langer duren.
F. Ik probeer te bemiddelen.
6. Jij en drie andere mensen krijgen materialen om iets te
bouwen met als doel: overleven. Wat bouw je?
A. Een hut om me tegen de elementen te beschermen.
B. Een kas om eten in te verbouwen om mij en de anderen
te onderhouden.
C. Ik bouw niets en verdeel mijn materialen gelijk onder
de andere mensen.
D. Een wapen om me tegen vijanden te beschermen.
E. Ik verzamel informatie van de andere drie mensen en
vraag wat zij van plan zijn te bouwen en beslis met deze
gegevens wat ik ga bouwen.
F. Ik gebruik de materialen om een vuur te maken.
“Human beings as a whole cannot be good for long before the bad creeps back in and poisons us again.”
17
Uitslag
Het vaakste A: Oprechtheid
‘Zij die oneerlijkheid als oorzaak aanwezen voor de chaos in de wereld.’ Je gelooft dat de waarheid en kennis essentiële eigenschappen zijn voor een vreedzame wereld. Een maatschappij die gebaseerd is op leugens kan volgens jou niet bestaan en je kunt leugens altijd makkelijk doorzien. Je gelooft dat een relatie gebaseerd moet zijn op waarheden en verteld je vrienden zonder leugens wat je van ze vindt en hoe je je voelt en verwacht dat zij hetzelfde zullen doen. Het maakt niet uit of je woorden die persoon pijnigen, de waarheid gaat boven alles en je denkt dat de waarheid altijd zachtaardiger is dan leugens.
Het vaakste B: Vriendschap
‘Zij die agressie als oorzaak aanwezen voor de chaos in de wereld.’ Je probeert je best te doen om een vredige wereld te creëren, je lacht graag en je haat het om te zien hoe andere mensen ruzie hebben en snapt niet dat ze elkaar pijn kunnen doen. Je zou het niet erg vinden om voedsel te produceren, want dat is iets wat iedereen nodig heeft. Mensen uit Vriendschap zijn soms geneigd om lafheid te komen wanneer het aankomt op hun aversie voor conflicten.
Het vaakste C: Zelfverloochening
‘Zij die egoïsme als oorzaak aanwezen voor de chaos in de wereld.’ Je probeert zoveel mogelijk om op te gaan in de samenleving. Je geeft om andere mensen hun blijdschap en probeert altijd het beste in mensen te zien. Je zult jezelf achterstellen om anderen gelukkig te maken en ziet de slechte kanten van mensen niet, of negeert die.
Het vaakste D: Onverschrokkenheid
‘Zij die lafheid als oorzaak aanwezen voor de chaos in de wereld.’ Je probeert om moedig te zijn en neemt de verantwoordelijkheid op je om mensen te beschermen die niet in staat zijn om zichzelf te beschermen. Je bent sterk en dapper, je staat oog in oog met je angsten wanneer dat nodig is en je hebt een goed strategisch inzicht. De Onverschrokkenen zijn geneigd om een plan niet helemaal door te denken voordat ze het uitvoeren.
Het vaakste E: Eruditie
‘Zij die oneerlijkheid als oorzaak aanwezen voor de chaos in de wereld.’ Je gelooft dat kennis de sleutel tot alles is en dat we niet kunnen overleven zonder goed ontwikkelde technologie en medicijnen. Je bent leergierig en houdt intelligente personen in een hoog aanzien en probeert net als hun te zijn. Erudieten kunnen soms geneigd zijn te denken dat kennis ze superieur maakt aan anderen en laten kennis soms voor het geluk van zichzelf en de mensen om zich heen.
Het vaakste F: Afwijkend
Je bent Afwijkend en niet in één factie te plaatsen, maar in meerdere.