Academische Interne Geneeskunde in Maastricht:
Groei, consolidatie en verdieping (1994-2014)
Harry Hillen
In september 1993 vierde de afdeling
zo hoog mogelijk te leggen. Toen bleek
het gezamenlijke beleid van maximale
Interne geneeskunde het tweede lustrum
dat in die zelfde periode de eerste
kansen van ontplooiing van individuele
van de academisering. Deze gebeurtenis
symptomen van het recidief van zijn
kwaliteiten in harmonie met de vakgroep
werd in meer dan een opzicht een
ziekte zich openbaarden werd duidelijk
verder uitgebouwd. Hij stimuleerde en
markering in het bestaan van de afdeling.
dat er niet alleen sprake was geweest
gaf ruimte aan talenten voor onderwijs en
Bij de eerste wetenschapsdag interne
van een ‘mission statement‘ maar ook
onderzoek in de staf en bij de assistenten.
geneeskunde schetste Flendrig het
een afscheidsboodschap voor de afdeling
In de vakgroep functioneerde een collegiaal
beeld van eenheid én verscheidenheid,
in een nieuwe periode zonder founding
en stimulerend bestuur. De kwaliteiten van
de noodzaak van de verbintenis van
father Flendrig.
Nieuwenhuijzen Kruseman als academisch
onderzoek, onderwijs en patiëntenzorg,
de toekomst van de interne geneeskunde
Vanaf eind 1993 werd Nieuwenhuijzen
Op 1 maart 1995 werd hij benoemd tot
in een vergrijzende maatschappij en
Kruseman waarnemend hoofd van de
decaan van de Faculteit Geneeskunde.
vooral de noodzaak om de lat van de
interne geneeskunde. Hij slaagde erin
Hillen werd toen waarnemend hoofd van
kwaliteit van onderzoek, onderwijs,
o m de snel groeiende interne groep bij
de interne. De muzikale talenten van
opleiding en zorg van de interne afdeling
elkaar te houden. Onder zijn leiding werd
Nieuwenhuizen Kruseman werden bij zijn
Interne Geneeskunde in 1994.
68
bestuurder bleven niet onopgemerkt.