assistente. Zij was door haar huisarts naar mij verwezen wegens
De geneeskunde heeft in de vorige eeuw meer vooruitgang
M. Hodgkin. De diagnose was gesteld op een biopsie van
geboekt dan in alle voorafgaande eeuwen. Ik vrees dat de
een hals-lympheklier. Kennelijk waren daarin Sternberg-Reed
geneeskunst daarbij achter loopt, ook dat die vroeger een grootere
reuscellen aangetroffen. Zij wist wat de diagnose inhield en had
rol speelde. De dokters hadden een toegevoegde waarde: een
den avond tevoren afscheid genomen van haar vriendenkring.
onberispelijke, niet te korte witte jas, een obligate das, liefst ook
Te vroeg! Kennelijk was voorafgaand aan de klierbiopsie geen
bril. Toen ik op 26-jarigen leeftijd polikliniek ging “bedrijven” (een
goed klinisch onderzoek vooraf gegaan…..en misschien wist de
beter werkwoord schiet mij niet te binnen), moest ik van mijn vader
patholoog-anatoom niet dat Sternberg-Reed cellen niet geheel
een bril aanschaffen om mijn jeugdig uiterlijk te camoufleeren. Mijn
pathognomonisch zijn voor M. Hodgkin. Er is één uitzondering:
oogen hadden die toen nog niet nodig. En natuurlijk geen bril met
mononucleosis infectiosa! Patiënte is spontaan genezen van
gekleurde glazen! (met mijn dikken zwarten haardos en borstelige
de gevreesde ziekte die zij niet had. Zonder bestraling, cortico-
wenkbrauwen zou ik teveel lijken op een Siciliaanschen struikrover
steroïden, chemotherapeutica etc.
– weinig toegevoegde waarde…).
Met het verstrijken van mijn jeugd had ik die bril niet meer noodig –
Patiënten zijn geen gewillige schapen die zich door den dokter
mijn oogen wel –.
– in het ergste geval naar de slachtbank – laten leiden. Als arts
heb je niet alleen met ziekten te maken, maar ook – en vooral –
In de tweede helft van de vorige eeuw verdwenen geleidelijk ook de
met zieken. Dat kan vaak een groot probleem zijn bij patiënten
religieuzen; de laatsten in 1982. Ook zij hadden – door een zweem
met langdurige ziekten. En dat was voor mij een probleem
van heiligheid en hun groote menschenkennis – een toegevoegde
met Jolande. Zij leed aan de (zeldzame) ziekte van Wegener
waarde. Zij werden vervangen door toegewijde en soms
(granulomatosis). En zij was nog maar een jong meisje toen zij bij
deskundigere verpleegsters en verplegers, vam wie sommigen,
mij in behandelig kwam. Haar ziekte werd toen als ongeneeslijk
althans voor mij, ook een zekere toegevoegde waarde hadden.
beschouwd. Met cortico-steroïden kon men hoogstens een
Maar de belangrijkste aan de geneeskunde toegevoegde waarde
remissie bereiken, geen blijvend herstel. Wij probeerden het toch
is nagenoeg geheel verdwenen: het gebed. Voor alle zieken,
maar met cortico-steroïden, in de hoop dat er binnen afzienbaren
maar vooral voor de ernstig zieken, werd door familie en vri enden
tijd efficiëntere medicamenten ontdekt zouden worden. En die
gebeden, novenen gehouden, bedevaarten ondernomen, naar
hoop is niet ijdel gebleken. Recente publicaties meldden goede
Wittem (vaak te voet) en naar Banneux. Al die vrome meelevenden
resultaten van een combinatie-therapie van prednison met endoxan
heb ik wel eens uitgelegd dat een novene ook een biologische
(cyclophosphamide) of imuran (azathioprine). En die behandeling
fundeering heeft: na negen dagen had de zieke antistoffen
wilden wij ook op Jolande toepassen, uiteraard moesten wij
gevormd tegen de microben. Natuur en bovennatuur stonden dicht
haar vooraf inlichten over de bijwerkingen: opgeblazen wangen,
bij elkaar. In dit opzicht verlang ik terug naar het verleden…
haaruitval, misselijkheid enz. Dat stuitte direct op weerstand, niet
alleen van patiënte maar vooral van haar vriend, een wat “linksige”
jongeman met een lange haarvlecht op den rug en tatouages
op de armen. Met veel overredingskracht heb ik beiden kunnen
overtuigen van de noodzaak van de behandeling. Tenslotte, na
raadpleging van buitenstaanders, aanvaardden zij ook mijn advies
om bij een kapper een op maat gemaakte pruik te bestellen.
Het genezingsproces verliep met “ups and downs”, gedeeltelijk
omdat patiënte, op sterken aandrang van haar vriend, soms
weigerde de medicamenten in te nemen of zich tijdelijk aan
behandeling onttrok. Als zij zich erg beroerd voelde, kwam zij weer
terug en beloofde beterschap. Tenslotte is het gelukt om haar
voor langeren tijd een complete remissie te bezorgen. Toen ik haar
mededeelde dat haar ziekte genezen was – met het voorbehoud
dat ik niet kon garanderen dat de ziekte niet meer zou terugkomen
– merkte ik dat zij mij niet geloofde, de vriend die haar steeds
vergezelde nog minder. Enkele dagen later belde haar huisarts mij
op. Hij had Jolande levenloos aangetroffen in een grooten plas
bloed, met twee doorgesneden polsslagaders…
Ik had de ziekte genezen, niet de patiënte. De geneeskunde had
gezegevierd, mijn geneeskunst had gefaald.
38
| Katrien Gaens | Carlo Gaillard | Antoni Gajic | Bertine Geerling | C Geers | Daniël Geerse | Margot Geerts | Claudia Geesing | Siebe van der Geest | Robbie Geilen | Michel van Gelder |