FIB NR3 2016 3 | Page 103

101 had staan, zei hij: “Ja, maar zo werkt het niet.” De volgende dag werd ik gebeld door een relatie van hem. Zo kwam ik bij CCN terecht, gespecialiseerd in micro-marketing-analyse.’ ‘Via een aantal tussenstappen werd ik Director Business Development & Marketing voor TMP Worldwide. New business van het reclamebureau van TMP in mijn pakket. Vanuit New York was ik in Nederland gestationeerd. Helemaal goed! Maar toen werd me een baan in New York aangeboden. Dat zag ik wel als een kick, maar ik had hier mijn leven. Rotterdam hè… Ik besloot in Nederland te blijven, maar zo’n career move weigeren in een Amerikaans bedrijf is niet echt handig natuurlijk. In 2002 heb ik toen WVG Reclame-advies overgenomen, een gerenommeerd bureau in arbeidscommunicatie. Vijf jaar later ontmoette ik Tony Vermeulen van SAM…’ ‘Ik voel me heel vertrouwd met de identiteit van SAM. Pragmatisme. Boerenverstand. Partnership met de klant: dat ze je kunnen vertrouwen, dat je stinkend je best doet, dat je normale uren schrijft, dat ze gewoon de klus aan ons kunnen overlaten. Ik kom zelf uit de Amsterdamse reclamewereld. Daar beginnen ze niet onder de 25.000 euro aan het maken van een conceptje. Zo willen wij het niet. Aan de andere kant zoeken we ook klanten die liever hun gezonde verstand gebruiken dan naar die dure bureaus te gaan. Of voor te weinig geld naar Peppi en Kokki. Er is bij ons zó veel te halen tegen een reële prijs…’ ‘Ja, we zouden misschien veel meer geld kunnen verdienen. Maar dit is onze weg. We presteren op topniveau tegen goede prijzen, kunnen de kwaliteit leveren van de grootste reclamebureaus, maar we doen het heel pragmatisch. Ik maak nu een brochure voor een klant. Ziet er echt geweldig uit. Maar qua tekst hebben we veel gebruikt van wat daar al was gemaakt. Dat is gewoon nog goed. Met een kleine twist kunnen we het dan actueel maken en in het nieuwe geheel passen. Dan ga ik toch niet alles opnieuw doen en daar een factuur voor sturen…’ ‘We werken bij SAM echt als een team. Voordat we een strategisch of creatief voorstel presenteren, hebben we er intern heel kritisch en breed naar gekeken: strategie, account en creatie. We jagen elkaar huizenhoog de boom in, er mag op alles geschoten worden. We denken in het belang van de klant en staan bekend als bureau dat geen knollen voor citroenen verkoopt.’ ‘Een klant huurt je niet voor niets in. Iedereen kan een tekstje verzinnen, een plaatje erbij bedenken. Maar is het goed? Raakt het de doelgroep? Helpt het je brand? Ik wil input, emotie, je waarden en normen proeven. Kijk, als jij als bedrijf op een bepaalde manier in de markt communiceert, maar je eigen mensen hebben het idee van “dat zijn we helemaal niet, dat product ken ik helemaal niet”, dat is niet goed. Het moet allemaal kloppen.’ ‘Daar zit ook nog steeds mijn passie. In het werk met de klanten, tot in het detail adviseren wat die het beste zou kunnen doen. En dan echt die organisatie in kruipen, kijken wat er werkelijk speelt. Klanten neigen er snel naar een gewenst imago naar buiten te communiceren in plaats van hoe het werkelijk zit. Zo van: “Kijk mij eens goed zijn.” Wij noemen dat belly-staarders.’ ‘Maar ondernemerschap vraagt meer, dat heb ik al lang door. Kijk, ik heb oprecht bewondering voor mensen die knalknetterhard beslissingen nemen in het belang van het bedrijf. Maar ik ben zelf nogal sociaal ingesteld. Keuzes maken ten koste van anderen, daar heb ik soms moeite mee. Dan kom ik in een soort spagaat, want als ondernemer moet je op die momenten ook je verantwoordelijkheid nemen naar het bedrijf en de mensen die er werken…’ TEKST: RICHARD GROOT KORMELINK/FRANK VIJG FOTOGRAFIE: ANNE BAL