12
RABOBANK ROTTERDAM HAALT TON OP MET TWEE ALPE D’HUZES-TEAMS
Opgeven was
geen optie
De naam Rabobank is nauw verbonden met de
wielersport. De Rabobank is partner en hoofdsponsor
van de Koninklijke Nederlandsche Wielren Unie (KNWU).
Daarmee ondersteunt de bank de talentontwikkeling voor de
hele Nederlandse wielersport en zorgt zij ervoor dat
wielertalent zich in Nederland in brede zin kan ontwikkelen.
Ook Rabobank Rotterdam draagt wielrennen een warm
hart toe.
Op tal van manieren is de bank betrokken bij de wielersport. Zo
organiseert zij op vele plaatsen in Rotterdam, Capelle aan den
IJssel, Schiedam en Vlaardingen Rabo Dikke Banden Races voor de
jeugd, sponsort zij al jaren Wielervereniging AHOY en ondersteunt
zij op de zondag van de Wielerzesdaagse het jeugdprogramma.
Daarnaast is de Rabobank partner van een aantal
wielertoertochten zoals de EMC Tourtocht, Leontien Ladies Ride
en is zij sponsor van de Ronde van Katendrecht. Een ander
aansprekend voorbeeld is R’dam Fund Racers, voor de facilitering
van twee teams die deelnamen aan de Alpe d'HuZes.
R’DAM FUND RACERS
De ogen van Manager Financieel Advies Marjolein Lurvink en
directeur Frits Swinkels gaan glinsteren als zij vertellen over R’dam
Fund Racers en hun deelname aan de Alpe d'HuZes. Ze zijn
buitengewoon enthousiast over dit evenement waarvan de baten
gebruikt worden voor de strijd tegen kanker. Lurvink en Swinkels
zijn liefhebbers van wielrennen en leggen wekelijks aardig wat
kilometers af tijdens hun trainingsrondjes. De 1.860 meter hoge
Alpe d'Huez kent weinig geheimen voor hen. ‘Dit jaar hebben wij
voor de vierde keer meegedaan aan de Alpe d'HuZes’, vertelt
Marjolein Lurvink. ‘Onze betrokkenheid bij het sportieve en
charitatieve evenement was dit jaar groter dan ooit.’
‘Voor ons zijn er tal van redenen om mee te doen’, zegt Swinkels. ‘Je
trekt intensief op met collega’s, het sluit aan op ons vitaliteitsbeleid
dat gericht is op een gezonde levensstijl en we dragen bij aan een
goed doel. Een extra dimensie is het samenspel met deelnemende
relaties.’
Lurvink: ‘We deden mee onder de naam R’dam Fund Racers. De
animo om aan te sluiten bleek zo groot dat we twee teams konden
samenstellen. Onze rol was faciliterend, maar de organisatie en de
fundraising hebben we samen met de relaties gedaan. Dat was ook
een van de charmes van het hele project. We trokken intensief met
elkaar op, wat de band met de klanten die meededen versterkte. Je
leert elkaar erg goed kennen, waarbij je ook over persoonlijke
zaken praat.'
‘WAAROM DOE IK DIT?’
De aftrap voor de teams vond vorig jaar november plaats. De
deelnemers vormden een gemêleerd gezelschap, vertelt Swinkels:
‘Aan de ene kant van het spectrum een klant die niet eens een
racefiets had en aan de andere kant goed getrainde, fanatieke
amateurwielrenners.’ In de aanloop naar het evenement werd er
serieus getraind. Zo waren er trainingsdagen in Limburg en in
Nijmegen en omgeving. Tijdens deze dagen werden de deelnemers
gecoacht door de professionele wielercoryfeeën Leontien van
Moorsel en Adrie van der Poel. Lurvink: ‘De trainingsdagen in de
Ardennen waren zwaar. Afzien. Ik had toen wel momenten waarop
ik dacht: “Waarom doe ik dit? Waar ben ik aan begonnen?” Op die
momenten heb je veel steun aan de anderen. Later kun je er om
lachen als je het er met elkaar over hebt.’
'We trokken intensief
met elkaar op, wat de
band met onze klanten
versterkte'
De intervaltraining in Nijmegen was misschien wel zwaarder dan
de beklimming van de Alpe d’Huez die een paar weken later al
plaatsvond. ‘Een keer of vier fietsten we zo hard we konden.
Leontien van Moorsel vroeg dan: “Gaat het nog?” Als je dan ja zei,
deed ze er een schepje bovenop door nog meer gas te geven. Daar
leer je dan wel van!’ Door de goede voorbereiding verschenen de
deelnemers goed getraind aan de start. Swinkels: ‘Er werd niet
alleen getraind om de conditie te verbeteren, maar ook om beter
voorbereid te zijn op het rijden in een groep - wat heel anders is dan
individueel rijden - en het afdalen.’ Daarnaast was er de
ondersteuning van twee sportmasseurs en een manueel therapeut.
‘Zij hielpen ons te herstellen en door te gaan’, aldus Lurvink.