FIB NR2 2016 | Page 11

9 wereld toch ook op te wachten? En sites, bladen en kranten moeten ook worden gevuld.' Het dobberend bos is daar een goed voorbeeld van, vertelt Van Zon. 'Dat plan lag er al een tijdje toen ik kwam, maar de uitvoering was maar niet op gang gekomen. Ik moest er als zakelijk leider lang op kauwen. Wat moesten we hier mee? Uiteindelijk bedacht ik dat we het dobberend bos wel konden aanbieden aan de stad, tijdens het tienjarig bestaan van ons bedrijf. Dát moest het verhaal gaan worden, zo werd het plaatje compleet. Door die aanpak haakten opeens allerlei partijen belangeloos aan en kwam het proces alsnog in een versnelling.' Het idee van Van Zon werkte. Op de opening van het dobberend bos kwamen dit voorjaar journalisten uit de hele wereld af, nieuwsgierig naar het beeld van de groeiende bomen in bakken op het water. Op die opening vielen jullie elkaar dolgelukkig in de armen. Dat was hét bewijs dat twee van zulke eigengereide ondernemers goed kunnen samenwerken. Van Zon: 'Absoluut. Ik heb dit in het verleden overigens al eens meegemaakt, met mijn vroegere zakenpartner Herman Vaanholt. Wij waren destijds ook twee eigenwijze mannen, maar we hadden daarvoor een speciale constructie bedacht. In ons bedrijf Project Support hadden we allebei onze eigen terreinen. Soms kwamen we ergens niet uit, maar dan besliste diegene op wiens terrein het zich afspeelde. Dat gebeurt nu ook, en zo hoort het.' Everaert: 'Wij verrijken elkaar. Van die samenwerking geniet ik volop. Maar elkaar veranderen, doen we niet hoor. Vincent en ik delen niet eens dezelfde kunstsmaak!' Vincent, jij maakte ook mee dat die chemie ontbrak. Je was als aandeelhouder betrokken bij het faillissement van het bedrijf van Marlies Dekkers. 'Ja. Je mag best weten dat ik veel pijn heb gehad van de manier waarop Marlies destijds handelde. Nog steeds eigenlijk. Ik probeer dat ook nog steeds recht te zetten. Het belangrijkste is dat ik aan de buitenwereld kan laten zien hoe er toen zakelijk is gemanipuleerd. In de aanloop naar een pre-pack, een flitsfaillis­ sement waarna een bedrijf weer doorstart, is het makkelijk om zaken te manipuleren. Daarin zit mijn strijd. Daarom heb ik verhoren bij de rechtbank aangevraagd, om uit te spitten wat er toen is gebeurd.' Hoe plaats je die gebeurtenis in je zakelijk leven? Van Zon: 'Kijk, soms gebeuren er gewoon bizarre dingen. Positieve en negatieve. Het meest bizarre toeval in mijn leven is hoe ik met mijn bedrijf Project Support plotseling aan de slag kon voor Microsoft. Ik was in de jaren negentig veel in New York, op zoek naar Amerikaanse opdrachtgevers. Een Amerikaanse vriend zei op een ochtend tegen me: 'Joh, wat zit je nou in New York te doen? Moet je niet in San Francisco zijn? Daar gebeurt het!' Ik dacht: wat moet ik daar? Ik kende er bijna niemand, op een oude zakenvriend na. Maar ik ging toch en belandde daar op het kantoor van die zakenvriend. Dat mocht ik wel even gebruiken. Met de mensen die daar die dag ook zaten, raakte ik aan de praat. Eén daarvan had net contact gehad met Microsoft. Wij deden precies waar zij naar zochten! Internationale direct marketing! Voor Amerika was dat al heel gewoon, maar voor Europa nog helemaal niet. Het was een godsgeschenk! Naar zo'n opdracht waren we al drie jaar op zoek, en opeens lag die klus daar. Letterlijk in de la van een bureau in een kantoor waar ik 48 uur eerder nog helemaal geen idee van had dat ik er ooit zou komen. Niet veel later hadden we opeens de opdracht van Microsoft binnen. Die was groter dan iedere klus die we ooit eerder hadden gedaan. Uiteindelijk kreeg Microsoft een belang in ons bedrijf dat 40 procent van onze omzet vertegen­ woordigde.' Dat succes is ook het begin van jouw eigen fortuin. Van Zon: 'Ons bedrijf ging uiteindelijk naar de beurs. Dat werd een succes. We wilden graag financieel onafhankelijk worden en ik werd het, op mijn zesendertigste. Ik heb daarna nog een tijdje geprobeerd op het strand te gaan liggen, maar daar werd ik chagrijnig van. Ik wilde ontwikkelen en bedenken! Het maat­ schappelijk ondernemen dat ik nu met Mothership doe, is toen eigenlijk begonnen.' Moet een gefortuneerde ondernemer iets teruggeven aan de maatschappij? Zie je dat als een morele verplichting? Van Zon: 'Ik vind wel dat je, als ondernemer die wat geld op de bank heeft staan, goed moet nadenken wat je doet. Ik kan alleen maar zeggen: ik haal zelf veel plezier uit een beetje tijd en geld in maatschappelijke dingen investeren. Dat kan ik dus iedereen aanraden. Maar een verplichting? Nee, dat niet.' Mothership lonkt naar Dubai, wil er misschien zelfs wel een kantoor openen. Aan ambitie geen gebrek. Van Zon: 'Wat ik nu in Dubai meemaak, is zo'n déjà-vu! Ik ontmoette toevallig iemand uit die stad op een bijeenkomst op het stadhuis. Een bijeenkomst waar ik eigenlijk weinig zin in had, maar ik ging toch maar. Impulsief ben ik niet lang daarna naar Dubai afgereisd. Een bezoek met grote gevolgen, weten we nu.' Everaert: 'Want in Dubai hebben we nu zoveel dingen in aanvraag! Dat is 25 procent van wat we in Nederland aan projecten in ontwikkeling hebben. Terwijl we hier elf jaar bezig zijn, daar nog geen elf weken.' TEKST: ANTON SLOTBOOM FOTO: VINCENT VAN DORDRECHT