FIB NR1 2016 | Page 97

DE STAD elementen, een trapezevormige erker en bakstenenvlakken. De accenten in natuursteen en het gebruik van mozaïeken zijn typerend voor de architectuur van de jaren vijftig. Het kan niet op. Het Vrije Volk-gebouw heeft een boekwinkel, een drukkerij met sheddaken. De garage, waar Wim Hollander chef is, leunt er onzichtbaar aan de achterzijde tegenaan. Hollander wordt het levende bewijs hoe binnen het verheven rode ideaal een automonteur met een zee aan creatieve vrijheid een bliksemcarrière kan maken. Hij groeit uit tot een groot stads- en wielerorganisator en verbaast heel Nederland door in 1963, tijdens de eerste grote Europese Feyenoord-euforie, twee schepen met supporters naar Lissabon te laten varen. Alles kan dan nog bij de Arbeiderspers. Tot aan het vertrek van Klaas Voskuil en de komst van zijn opvolger Thijs van Veen, is er nog niemand ontslagen. Verslaggevers, die te vaak dronken zijn, worden beschermd. Verslaggevers, die een te groot libido hebben, worden van stad naar stad verplaatst om hun geilheid te remmen. De krant is een club. Van Het Vrije Volk is men ook geen abonnee, men is lid. Maar vanaf 1966 gaat het fout. Met een langzaam dalende curve van het abonneebestand groeit het onderlinge wantrouwen en spat de grootste krant van Nederland volledig uiteen. In het boek ‘De Val van de Rode Burcht’ (1980) wordt die geschiedenis gedetailleerd beschreven. Ogenschijnlijk heeft Rotterdam er met zijn 108.000 abonnees nog weinig hinder en sjoege van. Maar als zelfs de VARA zijn gids niet meer binnen de rode Familie wil laten drukken, gaat uiteindelijk in het voorjaar van 1970 het hoofdkantoor aan het Hekelveld dicht en komt ‘Amsterdam’ naar de Slaak in Rotterdam. Het wordt een volksverhuizing met interne afrekeningen. Theo Eerdmans is één van de slachtoffers. Van alle redacteuren is hij de bekendste: de eerste televisiequizmaster van Nederland. Als sterverslaggever van Het Vrije Volk presenteert hij in 1957 WEET WEL WAT JE WAAGT (VARA). Met de beeldschone Maud van Praag (de vrouw van Ajax-voorzitter Jaap) als zijn assistente. De kandidaten worden ondervraagd over hun hobby’s in een setting naar Amerikaans voorbeeld. Ze gaan een glazen hokje in, krijgen een koptelefoon op en daarna: vraag, tien lange seconden spanningsmuziek en dan het antwoord. De dagen na de uitzending wordt er op de werkvloeren in Nederland nergens anders over gesproken. Na het bijna betoverende debuut volgen nog jarenlang varianten met de titels BAANTJES JAGEN, TV-TOTO, JE NEEMT ER WAT VAN MEE, en WERELDWIJS. Rotterdammers zullen zich vooral herinneren hoe hun stadgenoot Jan de Hoop zich vlekkeloos naar de hoofdprijs van 999 gulden antwoordt met zijn kennis over het Engelse Arsenal. In 1970 is de populariteit van Eerdmans al danig geslonken. Hij tobt bovendien met zijn gezondheid en heeft bij de verhuizing van Amsterdam naar zijn geboortestad Rotterdam bovendien ook de pech dat hoofdredacteur Messer (z’n vriend) wordt vervangen door de VARA-coryfee Herman Wigbold. In Amsterdam heeft Eerdmans als redactiechef nog een eigen kamer, maar op de Slaak komt hij op een grote zaal te zitten. Hij ziet dus de bui al hangen en vreest de clash, die ook heel snel volgt. Op de beroemde mei-avond dat Feyenoord in Milaan de Europa Cup wint en er een speciale editie wordt gemaakt met de kop WE HEBBEN ‘M, heeft Theo M. Eerdmans voor het laatst de redactio- nele leiding. Een paar maanden later zit hij thuis, 48 jaar. Binnen een half jaar treft hem een tweede hersenbloeding. Zijn vertrek is symptomatisch voor alle veranderingen die Het Vrije Volk bij de restauratie moet ondergaan. ‘Juist die eenheid in rode Familie, die ook ik omarmde, is later de doodsteek geweest’, zou Eerdmans mij later uitleggen. ‘Want er is bij Het Vrije Volk nooit enig toegangsbeleid geweest voor heldere en goed opgeleide visionairs. Snelle jongens waren niet welkom. Die werden gezien als lastig en een struikelblok voor bestaande carrières. Alsjeblieft geen groot verstand binnenhalen. Liever interne promoties vanuit de garage. Iedereen moest een proletarische afkomst hebben en iedereen die in dienst kwam was met een draadje verbonden aan iemand die al in dienst was. Dat hebben we met z’n allen laten gebeuren. Op directie-niveau heeft het inspirerende vergezicht ontbroken. Het Vrije Volk was één groot inteeltinstituut, waar geld geen rol speelde, want het geld was er en er werd mee gesmeten. De journalistieke koers was de arbeider mondig en intellectueler te maken, maar nooit, nooit, nooit is de vraag gesteld: wat wordt onze koers als de arbeider dat eenmaal is? Hoe houden we hem dan bij de familie? Nooit zei iemand: onze krant kost inmiddels drie gulden per maand en De Telegraaf een gulden minder. Nee, men ging uit van loyaliteit. Ik ook. Ik was geen haar beter, zo waarlijk helpe mij God almachtig. Ook ik heb altijd gedacht: wij kunnen eenvoudigweg niet kapot. 95