BNL 2016-2 | Page 30

30 | BOUWENDNL | Juni 2016 | Tekst | Theo Scholte FRIES IN GESPREK FRIES IN GESPREK MET … “Mijn oudste is nu vijf jaar en gaat over alles vragen stellen. Ik denk overigens dat we binnen de vereniging Bouwend En dóórvragen ook, ze neemt geen genoegen meer met Nederland daarvan kunnen leren; om meer mét elkaar –de alle antwoorden. Dat is soms even lastig, maar toch vooral jongeren in dit geval- te zoeken naar de meerwaarde door ook mooi om te zien.” Zo begint Yuri Kiontke zijn gesprek vanuit verschillende invalshoeken naar vraagstukken te met Fries Heinis. kijken.” Kiontke stelt dat de sector vroeger vooral bezig was met het oplossen van de problemen van gisteren. “En tegen­ Fries: “We betrekken de leden en dus ook de jongeren nu al woordig kijken we vooral naar vandaag en morgen. Dat is meer dan voorheen bij alles wat we doen. Dat hebben we al een mooie stap, al blijft evalueren ook belangrijk. Ik ben in Vernieuwend Verbinden ook zo afgesproken. Dat gaat echter ook erg geïnteresseerd in overmorgen. Wat zijn dan verder dan iemand van JBN in het Dagelijks en Algemeen de problemen, wat zijn dan de kansen? Dat gaat niet over Bestuur. Daarmee heb je weliswaar een stap gezet, een geld verdienen, maar over de vraag ‘Wat laten we straks goede stap, maar daarmee ben je er nog niet. Als voorbeeld achter voor onze kinderen?” noem ik de gemeentelijke bouw- en infraoverleggen. Daar zie ik vaak dezelfde mensen aan tafel, die vanuit hun eigen De antwoorden op die vragen komen niet alleen uit de projecten voorbeelden aandragen. Dat is logisch en ook koker van Jong Bouwend Nederland. “Daarom zijn we als goed, maar ook daar kan meer dynamiek in. Andere leden Jong Bouwend Nederland samen met een groot aantal aan tafel. Dat zorgt ook voor nieuwe inzichten. Dat toont andere jongerenverenigingen aangesloten bij ‘de Jonge ook de keerzijde, want er moeten we mensen zijn die hun Generatie’. Wat ons onderling verbindt is dat we alle­ vinger willen en dúrven opsteken.” maal een betekenisvolle bijdrage willen leveren aan de bebouwde omgeving. Samen kijken we naar wat voor Yuri: “Het is prima dat mensen hun eigen voorbeelden wereld we straks achterlaten. Alhoewel dit zich nog in een noemen. Echter, het gaat erom dat ze die wel kunnen prille fase bevindt, heb ik wel echt het gevoel dat daar iets abstraheren, zodat het om de situatie gaat en niet om die moois ontstaat. Zo wordt nu onderzocht om een virtueel ene kwestie. Ik vind ook dat de leden van Jong Bouwend netwerk te ontwikkelen waarbij het mogelijk is om de Nederland breder georiënteerd moeten zijn. Ook wij kijken agenda’s van de diverse aangesloten initiatieven voor teveel naar onze dagelijkse beslommeringen. De toege­ elkaar inzichtelijk te maken en mogelijk voor elkaar open voegde waarde van het lid zijn van JBN is nu nog vooral te stellen. Maar het mooiste zou toch zijn als we geza­ de trainingen. Als we echter vanuit JBN een mogelijkheid menlijk kunnen werken aan de dromen van overmorgen. kunnen bieden om bijdragen te leveren aan de vraag­