heeft en een bepaalde expertise (bijvoorbeeld architect of een zorgprofessional) kan deze – na een
‘sollicitatiegesprek’ – deelnemen in een denktank. Bij teveel deelnemers kan er geloot worden. De
politiek is hierbij ondersteunend, zij geeft input aan de denktank.
Lokale ervaringen
Een zeer lokale wijkraad zou je bijvoorbeeld kunnen inzetten als denktank. Ik ben bijvoorbeeld als
betrokken burger actief in een wijkraad in Utrecht. Dit is een buurtorganisatie van mensen die
hart hebben voor de wijk, hun buurt vertegenwoordigen en graag hun input willen geven aan de
overheid. Als wijkraad denken wij vaak positief kritisch mee met de plannen van de gemeente. Wij
hebben een netwerk om ons heen van mensen uit de wijken waar we naar kunnen verwijzen en
waar we onze input vandaan halen.
Bij een grote weg moest de riolering gedaan worden. Achttien monumentale bomen moesten hiervoor
gekapt worden. De buurt was het hier uiteraard niet mee eens en er was grote weerstand. Bij navraag
bleek dat de bomenkap ‘achter de grote tekentafel’ bedacht was. Toen de ambtenaren op locatie
gingen kijken, samen met de buurtbewoners, hoefden ‘maar’ zes bomen gekapt te worden. Kortom: ga
bij plannen éérst in overleg met de buurtbewoners. Bekijk de situatie, zoek naar alternatieven én praat
met de mensen. Een wijkorganisatie kan daarbij helpen. Zij kunnen doorverwijzen naar de juiste
mensen.
Belangrijk is dat de lokale overheid vooral moet faciliteren. Een wijkorganisatie van betrokken
burgers stelt de begroting en actiepunten vast voor de wijk. Ook denkt zij mee over de inhoud van
de kerntaken en hoe deze op lokaal niveau uit te voeren zijn.
89